Immigratie en verzorgingsstaat

Hans Roodenburg, Gerrit Kreffer, Jan van de Beek en Joop Hartog

Hoeveel dragen immigranten, onderverdeeld naar herkomst en migratiemotief per saldo bij aan de collectieve sector? Ter beantwoording van deze vraag berekenen we de nettobijdrage, dat wil zeggen de contante waarde van betaalde belastingen en premies verminderd met de ontvangen overheidsdiensten, van immigranten over hun gehele levensloop. Een en ander op basis van geanonimiseerde CBS-microdata op individueel niveau van alle Nederlandse ingezetenen. De nettobijdrage blijkt positief voor arbeidsmigranten uit westerse landen, uitgezonderd uit het Midden- en Oost-Europa, en uit enkele landen in Zuid- en Oost-Azië. De immigratie uit westerse landen met het motief studie is ongeveer budgetneutraal. Voor het overige, met name immigratie met de motieven gezinsvorming en -hereniging en asiel, is de nettobijdrage – een enkele uitzondering daargelaten – negatief.